Kansarm maar niet kansloos

een grondrechtenbenadering van kinderarmoedebestrijding

€ 31,00 
€ 31,00 

2 werkdagen

Samenvatting

Kinderarmoede is een hardnekkig maatschappelijk probleem. Het globale armoederisico bleef het laatste decennium dan wel relatief stabiel, de kinderarmoede nam systematisch toe. De bestrijding van kinderarmoede staat in Vlaanderen dan ook hoog op de beleidsagenda.



Als hefboom voor de aanpak van kinderarmoede wordt vaak gekozen voor een kinderrechtenbenadering, gebaseerd op het Internationaal Verdrag inzake de Rechten van het Kind. Vanuit dat perspectief is leven in armoede voor een kind een schending van zijn kinderrechten.



Dit boek belicht het spanningsveld tussen de rechten van kinderen en de rechten van ouders in de context van armoede.
Van kinderen wordt verondersteld dat zij geen aandeel hebben in hun armoede, terwijl ouders vaak wél als verantwoordelijk of zelfs schuldig worden gezien voor de armoedesituatie van hun kinderen. Als gevolg daarvan is er een grotere maatschappelijke bereidheid om hulpbronnen te mobiliseren die kinderen en jongeren ondersteunen, zoals onderwijs, kinderopvang, vrijetijdsbesteding... De bereidheid om ouders te ondersteunen in hun zoektocht naar een geschikte woning, om hen een menswaardig minimuminkomen te garanderen of om hen aan een kwaliteitsvolle baan te helpen, lijkt minder groot.



Voor dit boek interviewde Samenlevingsopbouw Oost-Vlaanderen dertig kwetsbare gezinnen uit Sint-Niklaas. In hun bevraging kozen zij resoluut voor een grondrechtenperspectief als rode draad. Daardoor erkennen zij dat armoede - ook kinderarmoede - een multidimensionaal probleem is. De levensomstandigheden en het welzijn van kinderen worden immers sterk bepaald door de (gezins)context waarin het kind opgroeit. Dit boek is dan ook een sterk pleidooi om kinderarmoede niet los van de armoede van de ouders te zien en te bestrijden.

Schreven mee aan dit boek: Nicole Formesyn, Wouter Henion, Siebren Nachtergaele, Didier Reynaert, Griet Roets en Rudi Roose.