In het geschiedenisonderwijs dienen bronnen niet alleen om tot kennis van het verleden te komen. Bronnen verduidelijken evenzeer hoe geschiedenis tot stand komt. Dat is het uitgangspunt van dit toegankelijke theorie- en oefenboek. Het is bijzonder geschikt voor de lerarenopleiding geschiedenis in secundair en voortgezet onderwijs en voor leerkrachten geschiedenis, zowel in Vlaanderen als in Nederland.
De auteurs van Historisch denken over bronnen vinden het belangrijk om leerlingen in de geschiedenislessen van die basisgedachte bewust te maken. De leerkracht geschiedenis moet hen bijbrengen dat ze geschiedenis niet rechtstreeks uit bronnen kunnen aflezen, maar dat ze die bronnen altijd kritisch moeten interpreteren.
Werken met bronnen impliceert dus niet alleen redeneren met bronnen, gericht op de inhoud. Wie bronnen gebruikt, moet ook redeneren over de bronnen zelf, bijvoorbeeld over de makers ervan en hun bedoelingen. Er moet dus oog zijn voor kennisconstructie en historische praktijk.
Hoe kunnen (aanstaande) leerkrachten geschiedenis hun leerlingen daarmee vertrouwd maken? En hoe kunnen ze dat inzicht via bronnen aanscherpen? Rond deze vragen bouwden de auteurs een praktisch bruikbaar opleidingspakket. Het bestaat uit een helder geschreven theoretische onderbouwing van bronnenomgang in geschiedenis. Daaraan is een uitgebreid oefengedeelte gekoppeld, met kant-en-klaar materiaal om tot selectie, contextualisering en bevraging van bronnen te komen. Op die manier is dit boek onmiddellijk toepasbaar in de stage van leerkrachten geschiedenis in opleiding of in de lespraktijk.